Cordaan tekent voor Deltaplan Dementie
Op 6 februari ondertekende Eelco Damen, bestuursvoorzitter van zorginstelling Cordaan, het ledencontract met Deltaplan Dementie. Directievoorzitter Verpleging en Verzorging Ronald Schmidt legt in een interview uit waarom.
Met zo’n 1800 intramurale cliënten, waarvan bijna 800 met dementie, 16 locaties voor dagbesteding en dagelijkse thuiszorg, is de Amsterdamse zorginstelling Cordaan een bron van praktijkervaringsverhalen voor het Deltaplan Dementie. Andersom biedt het Deltaplan Cordaan een uitgebreid netwerk van partijen die gezamenlijk investeren in wetenschappelijk onderzoek en zorgverbetering. Een belangrijke uitwisseling, zeker met de pas ingevoerde hervormingen, vindt Ronald Schmidt.
Om de zorg, juist nu, optimaal te kunnen organiseren, is het combineren van wetenschappelijk onderzoek en het bieden van goede zorg essentieel, aldus Schmidt. ‘Ik vind dat langdurige zorg, zoals die bij dementie gegeven wordt, als een ambacht neergezet moet worden. De wetenschappelijke onderbouwing daarvoor is nu nog heel summier. Zowel voor de medische kant -de behandeling en het ontstaan van de ziekte- als aan de zachte kant: de kwaliteit van leven van iemand met dementie. Het is belangrijk dat de praktijk en de wetenschap elkaar vinden en voeden. Daarom is Cordaan lid van het ouderennetwerk van VUmc, werken we nauw samen met de Hogeschool van Amsterdam en was deelname aan het Deltaplan Dementie voor ons vanzelfsprekend. De kern van hetgeen waarvoor het Deltaplan staat, is exact waarvoor Cordaan staat: de verbinding van fundamenteel onderzoek en het optimaliseren van de praktijk is belangrijk en kun je niet los van elkaar zien. De combinatie van die ambities vind ik de schoonheid van het Deltaplan.’
Nieuwe werkwijze
Als Schmidt dan een positief punt móet noemen aan de verandering van de zorg per januari 2015, is het de noodzaak om op zoek te gaan naar vernieuwing. Schmidt: ‘Inspelend op de krimp van het aantal intramurale plaatsen hebben we het thuiszorg- en wijkaanbod versterkt. Ook zoeken we naar nieuwe vormen van huisvesting in een beschermende omgeving, waar cliënten kunnen huren en oud worden. We hebben het geluk dat de gemeente Amsterdam extra middelen beschikbaar heeft gesteld om deze ideeën en initiatieven, die we al gestart waren, door te laten lopen. Opdat we de transitie van de langdurige zorg niet alleen maken op basis van geld en slinkende middelen, maar op basis van oprecht en goed inzicht in de antwoorden op de vragen van vandaag. Zoals bijvoorbeeld: Wat is ontlastend en ondersteunend voor de mantelzorger? Op welke manier is de vrijwilliger het beste in te zetten? Welke rol kunnen huisartsen en wijkverpleegkundigen spelen in een thuissituatie? Vragen waarop we onderbouwde antwoorden zoeken, die vervolgens niet in een artikel in de bibliotheek verdwijnen, maar op symposia verspreid worden, in werkplaatsen gedeeld en vertaald in een nieuwe werkwijze. De wetenschap uit haar ivoren toren halen en de praktijk meer evidence based laten werken, daar moeten we naartoe.’
Zorg inzichtelijk
Moeite heeft Ronald Schmidt ook met de overheidsbeslissing. ‘Er zitten intrinsieke tegenstrijdigheid en spanning in de hervormingsplannen. Mensen moeten langer thuis blijven en tegelijk wordt er bezuinigd op de dagbesteding en de thuiszorg. Dat vind ik lastig te verenigen.’ Opgeleid en later werkzaam als specialist ouderengeneeskunde, weet Schmidt waarover hij praat. ‘Mensen zitten bij de dokter, krijgen te horen dat ze lijden aan Alzheimer en in een klap zit er geen echtpaar meer, maar een patiënt en zijn mantelzorger. En dan? Er is zoveel te bieden op dat moment, maar mensen moeten wel wegwijs gemaakt worden. Ook de mantelzorger moet zien waar hij steun kan vinden. Als je bij de diagnose inzichtelijk kan maken welke zorg er beschikbaar is en van welke netwerken mensen gebruik kunnen maken, kortom: waar steun en begrip te halen is, dan zullen mensen ook in staat zijn om langer thuis te blijven wonen, zoals de overheid, en ongetwijfeld elke cliënt ook wil. Mensen moeten zich toegerust voelen.’
Netwerk
Waar Cordaan in Amsterdamse context al vaak de samenwerking aangaat met allerlei partijen, verbreedt het Deltaplan voor de zorgorganisatie de context daarvan in veelvoud, legt Schmidt uit. ‘Deelname aan het Deltaplan brengt ons in contact met partijen waar we misschien zelf niet meteen aan denken, maar die ons wel wat te bieden hebben. Andersom bieden wij het Deltaplan een schat aan praktijkervaring over de actuele praktijk met al die mensen waarmee we dagelijks in contact staan, de cliënt, ouderenspecialist, mantelzorger, vrijwilliger. Voor een complete uitwisseling van kennis en ervaring zou ik het mooi vinden als zich ook nog huisartsen, verenigd in de Landelijke Vereniging van Huisartsen (LHV), patiëntenorganisaties en verenigde mantelzorgers bij het Deltaplan zouden voegen. ’
Lees ook:
interview met Jan Vuister, Geriant
interview met Gea Broekema, Alzheimer Nederland
interview met Pauline Meurs, voorzitter Deltaplan Dementie
interview met Rien Nagel, lid raad van bestuur Rabobank. Waarom Rabobank lid werd van het Deltaplan Dementie
0 reacties